Vlario vraagt infiltratiebonus voor wie inspanning doet om te ontharden

Gepubliceerd op 26-05-2020 16:48

In (te) veel gevallen vloeit regenwater samen met het afvalwater naar de riolering. Dat kost (veel) geld: rioleringen moeten daarom groter gebouwd worden en er moeten bufferbekkens en pompinstallaties worden voorzien. Alles bijeen wordt meer dan de helft van de kosten van de riolering (50 à 60%)  zo  veroorzaakt door de afvoer van regenwater. Deze kost wordt nu betaald via de gemeentelijke saneringsbijdrage op de waterfactuur. Overtollig regenwater zou eigenlijk best ter plaatse worden vastgehouden en in de bodem geïnfiltreerd. Zo voorkomen we wateroverlast én vullen we de grondwatervoorraad aan. Burgers en bedrijven die daarvoor inspanningen doen, zouden daar ook een financieel voordeel voor moeten kunnen krijgen. Met de infiltratiebonus kan dit! Op de waterfactuur kunnen de kosten voor afvoer van regenwater afgesplitst worden van de kosten voor afvalwater, en zo kunnen degenen die inspanningen doen, ook beloond worden.

bron afbeelding: Vlariobron afbeelding: Vlario

De Vlaming is het gewoon om zijn afval goed te sorteren: glas, papier, PMD, nu zelfs plastic wordt netjes apart gehouden en opgehaald. Het merendeel van ons huishoudelijk afval is echter vloeibaar en dat ‘sorteren’ we nog veel te weinig.  VLARIO pleit er daarom voor om de waterfactuur meer sturend te maken, om zo mee te zorgen voor meer infiltratie. Dat gebeurt al in Duitsland, waar  gewerkt wordt met een gesplitste factuur: één deel wordt belast op basis van de kosten in functie van het aantal bewoners en het drinkwaterverbruik (lozen van “vuil water”), voor het andere deel wordt rekening gehouden met de aanwezige verharding (lozen van “proper water”). Iedereen die verharde oppervlakte aansluit op het riool, betaalt daar dus voor – iedereen die kans ziet om dat niet of minder te doen – kan kosten besparen.  Dat kan dus ook in Vlaanderen.

Vlaanderen is trouwens niet alleen zeer kwetsbaar voor droogte en hitte, maar ook voor wateroverlast. Berekeningen geven aan dat het aantal rioleringsoverstromingen de komende decennia zal toenemen, mogelijk met een factor 5 tot 10 tegen 2100, als er geen maatregelen worden genomen om ons aan te passen aan het veranderende klimaat. Het aantal overstroombare woningen zou stijgen tot ongeveer 1 miljoen, en in steden als Antwerpen, Leuven, Dendermonde, Diest en Tienen zou het zelfs gaan om 1 woning op 5.

We zullen ons aan die nieuwe realiteit moeten aanpassen. Hoe we dat best kunnen doen, is intussen bekend: ontharden, regenwater bufferen en het vervolgens laten infiltreren in de ondergrond, meer water hergebruiken en een blauwgroene dooradering van het landschap langs waterlopen. De concrete uitwerking ervan is werk voor de gemeenten, via het  gemeentelijk hemelwaterplan, dat niet enkel bestaat uit een plan om overstromingsrisico’s te beperken, maar waarin meteen ook droogterisico’s en hittestress aangepakt worden.

(bron: Vlario)

www.vlario.be