Bouwunie vraagt om negatieve prijsherziening op overheidsopdrachten niet toe te passen

bron afbeelding: firma Grobelco - Maasmechelen

De negatieve prijsherzieningen zijn vooral het gevolg van een overdreven sterk gedaalde index I. Deze index moet de prijsevolutie van een korf van bouwmaterialen en -grondstoffen weergeven, maar is erg verouderd en niet meer afgestemd op de realiteit. Er wordt gewerkt aan een modernisering van deze index maar die is nog niet afgerond.

Door de coronacrisis hebben bouwbedrijven af te rekenen met een aanzienlijk omzetverlies. Uit een recente bevraging van Bouwunie blijkt dat 63 procent van de bedrijven zijn omzet met meer dan de helft heeft zien dalen. “Die omzetdaling zorgt voor snel oplopende rekeningen en zet druk op de liquiditeit”, zegt Jean-Pierre Waeytens, gedelegeerd bestuurder van Bouwunie. “Intussen zijn bijna alle bouwbedrijven terug volledig aan de slag. Om de veiligheid te garanderen moeten een aantal maatregelen worden toegepast zoals het bewaren van de veilige afstand waar mogelijk. Om deze social distancing optimaal te garanderen worden ploegen gespreid en dienen afspraken te worden gemaakt met onderaannemers. Een gevolg hiervan is een verminderde efficiëntie waardoor de rendabiliteit daalt. Als voor eerder aangegane overheidsopdrachten nu ook de negatieve prijsherziening nog wordt toegepast, zullen vele aannemers met verlies werken. Bovenop het geleden omzetverlies betekent dit een financiële strop.”

Bouwunie vraagt daarom aan de Vlaamse overheid om ervoor te zorgen dat de diverse opdrachtgevende besturen geen negatieve prijsherzieningen meer toepassen en dit tot zolang de bouwbedrijven de coronamaatregelen moeten naleven. “De overheid zorgt er zo voor dat de betrokken bouwbedrijven deze financieel moeilijke tijd kunnen overbruggen. Zonder dat het extra geld kost, want de projectbedragen zijn vooraf begroot”, besluit Jean-Pierre Waeytens.